Door digitalisering, centralisering en toenemende complexiteit is het voor de lijn- of afdelingsmanager tegenwoordig vrijwel onmogelijk om het geheel nog te overzien. Daardoor verdwijnt de klassieke adviesrol en moet je je als overheidsadviseur inleven in de veelzijdige wereld van je klant-opdrachtgever. Je zult dus ‘strategisch’ moeten kunnen adviseren.
Om strategisch te kunnen adviseren dien je over bepaalde eigenschappen en vaardigheden te beschikken en is het handig een aantal kritische vragen paraat te hebben. We hebben de belangrijkste op een rijtje gezet:
Eigenschap 1: de onderzoeker
Omdat niemand de waarheid in pacht heeft en de wereld te complex is geworden voor een eendimensionale benadering, zul je een open en onderzoekende houding moeten ontwikkelen. Dit is een enorme omschakeling voor de klassieke adviseur die gewend is zich op zijn kamer en in zijn kennisbastion terug te trekken. Jouw bijdrage is dus niet meer ‘een adviesrapport’, maar eerder ‘een inzicht’ voor de gewenste oplossing: je stemt tot nadenken door jouw kritisch meedenken en doorvragen.
Eigenschap 2: de generalist
Breed gedragen oplossingen kunnen alleen tot stand komen door aandacht te geven aan factoren buiten je eigen vakgebied. Ontwikkel een generieke blik, vraag je af wat de raakvlakken zijn met andere kennisgebieden en de consequenties voor andere afdelingen. Dit vraagt van jou om buiten de bekende kaders te treden, de dingen in samenhang te zien, kwesties integraal te benaderen. Als je dit nog een stapje verder ontwikkelt, dan kun je ook gaan adviseren op strategische thema’s als organisatiepolitiek, veranderdynamiek, visie- en teamontwikkeling.
Eigenschap 3: de coach
Strategisch adviseren vertoont raakvlakken met coaching. Vroeger was ‘het advies of de oplossing’ je product. Die productgerichtheid kan nu een ballast zijn, of zelfs een handicap. Je draagt de oplossing niet aan, maar faciliteert deze. Dat doe je door kritisch te bevragen. Je levert toegevoegde waarde in een organisatie door bij je klant-opdrachtgevers manieren van denken te mobiliseren, of inzichten wakker te schudden, die er zonder jou niet zouden zijn.
Eigenschap 4: de netwerker
Strategisch adviseren betekent voor velen een enorme omschakeling waardoor je je gegarandeerd ongemakkelijk gaat voelen. Je zit dus niet meer dagelijks aan een adviesproduct te schrijven, maar gaat als een netwerker door de organisatie heen, je hebt je antennes en voelsprieten uit staan en je moet ervoor zorgen dat je in relevante vergaderingen wordt uitgenodigd zodat ze jou als een waardevolle denk- en gesprekspartner zien. In feite sta je met lege handen en moet je al onderzoekend je meerwaarde aantonen.
Eigenschap 5: de professional
De strategisch adviseur faciliteert oplossingsrichtingen, maar is beslist niet de probleemeigenaar. Adviseurs schrijven soms de prachtigste rapporten die de klant-opdrachtgever echt niet altijd van a-tot-z wil doornemen en dan simpelweg de vraag stelt: “maar wat zou jij nou doen in dit geval?”. Zo’n adviseur wordt dan erkend voor zijn kennis en vaardigheid en dat is natuurlijk erg vleiend. De valkuil is dan om de beslissing te nemen voor de opdrachtgever. Niet doen, want alleen degene met beslissingsbevoegdheid kan de probleemeigenaar zijn. Als professional met een goed ontwikkelde beroepshouding blijf je dan in je rol.
Tien vragen
Een strategisch adviesgesprek is geen gemakkelijke opgave. Je moet eigenlijk heel veel aannames, vanzelfsprekendheden en agenda’s onderzoeken. Voor de adviseur zelf zijn er vele valkuilen en verleidingen, je wordt op het verkeerde been gezet, je wordt belemmerd door ingesleten overtuigingen en angsten. Doorvragen is van groot belang om effectief te kunnen zijn, om de vraag te verhelderen of te kunnen ontdekken wat verborgen is. Maar dat vereist moed! We helpen je alvast een handje met de onderstaande kritische vragen.
- Waarom moet er iets veranderen?
- Welk resultaat verwacht je?
- Welke rol speel je eigenlijk in dit probleem?
- Wat heb je al eerder geprobeerd?
- Wat is er toen gebeurd?
- Voor wie is dit in feite belangrijk?
- Welke rol speelt de afdeling, de directie, etc?
- Zijn de stakeholders op de hoogte van de vraag?
- Wat mag het kosten?
- Welke risico’s zie je onderweg?