Wanneer je aan anderen leidinggeeft, stuur je hen een richting op en beïnvloedt hen. Maar hoe ziet dat eruit wanneer je handelt vanuit onbewuste patronen? Dan kan het wel eens een kant op gaan die jij helemaal niet wilt, terwijl je voor je gevoel ‘het goede’ doet. Dus, als je leiding wilt geven aan anderen is het handig eerst leiding te kunnen geven aan jezelf. Maar hoe doe je dat? Er zijn 5 aandachtspunten.
Gesprek met senior trainer en coach Godfried IJsseling van de Baak.
1. Ben je een leider of een volger?
Als eerste kun je je afvragen of je als manager, teamlead of product owner echt een leider bent of eigenlijk een volger. Of je meeloopt met alle meningen of leidt van binnenuit.
Om van binnenuit te kunnen leiden moet je een grondig proces zijn doorgegaan. Sta je wel eens stil bij wat je allemaal vindt en waar dat vandaan komt? Maak je bewust keuzes of worden ze gestuurd door onbewuste patronen zoals oude angsten of niet gecheckte overtuigingen? Wie de tijd neemt dit te bestuderen komt er vaak achter dat we ons door allerlei onbewuste processen laten leiden en vaak niet zelf aan het stuur staan.
Het goede nieuws is dat je alleen maar hoeft te beseffen dat jouw manier van kijken niet objectief is. Je persoonlijke visie op bijvoorbeeld hoe je organisatie of team zou moeten zijn, is gebaseerd op je opvoeding, je waarden en de dingen die je hebt meegemaakt. Wanneer je je na het nodige zelfonderzoek hier bewust van wordt, kun je opnieuw kiezen wat je wilt neerzetten in of wilt bijdragen aan de wereld.
2. Jouw ‘goede’ waarden kunnen misleidend zijn
Een volgend punt om beter leiding te geven aan jezelf, is je bewust te worden van de herkomst van je waarden. Stel dat je het belangrijk vindt dat de mensen in je organisatie vriendschappelijk met elkaar omgaan en ‘open’ communiceren. Dat klinkt als een mooie waarde, en dat is het ook, maar zo’n waarde zou wel eens zou kunnen voortkomen uit jouw persoonlijke geschiedenis waarin je hebt moeten vechten voor je positie, of waarin je je niet gezien voelde. Uit deze ‘blauwe plek’ ontstaat dan deze waarde.
Regelmatig komt het voor dat je dan een ander soort gedrag, bijvoorbeeld ‘autoritair optreden’ afkeurt, terwijl dat in sommige situaties hard nodig kan zijn. Het ‘met de vuist op tafel slaan’ zit dan niet in je gedragsrepertoire. Je gaat dan misschien anderen die dit wel doen als persoon afkeuren of tegenwerken, terwijl het best kan zijn dat ze gewoon goed werk afleveren. Waarden zijn zeker niet verkeerd, maar pas op wanneer je er te fel of te eenzijdig mee omgaat vanuit een ‘blauwe plek’.
3. Jouw waarheid is niet dé waarheid
Als derde is het belangrijk in te zien dat ‘jouw waarheid’ voortkomt uit hoe je naar de wereld kijkt. Het is jouw persoonlijke venster op de wereld. Wanneer je in je gelijk volhardt, krijg je snel ruzie met anderen, want die kijken door een ander venster. Conflicten oplossen doe je door niet alleen je eigen venster maar ook die van de ander mee te nemen in je overwegingen over wat waar is. Extremisme komt vaak voort uit: ‘Dit is gewoon zo’.
Naast je mening over iets is ook wat je van jezelf vindt niet altijd de waarheid. Wanneer je van jezelf vindt dat je rationeel bent, of juist dat je een gevoelige persoon bent, is dat wel een aspect van jou, maar niet wie je bent. Het is een label. Als je het vaak roept wordt het zelfs een ‘self fulfilling prophecy’ en beperk je je eigen gedrags- en handelingsrepertoire. Je kunt je dan afvragen: ben ik zo, of heb ik mezelf zo gemaakt?
Nog een laatste punt over de waarheid: Als je als leider van een bedrijf ‘winst maken’ het belangrijkste vindt, is dat niet meer ‘waar’ dan bijvoorbeeld ‘bijdragen aan een duurzame economie’. Het is eigen aan de mens om in onze rationele processen slechts een stukje van de werkelijkheid te verbouwen tot een conclusie. Maar we vergeten vaak dat we dat stukje gekozen hebben op basis van gevoel en onze persoonlijke geschiedenis.
4. In contact zijn met wat je doet in het moment
Zelfbewust leiderschap is, als vierde, in contact zijn met wat je doet. Het gaat erom je binnenwereld op te merken, te begrijpen en te waarderen. Dat je merkt bij jezelf ‘oh nu begin ik boos te worden’ en je dan niet identificeert met je boosheid, maar een keuze kunt maken hoe je ermee om gaat. Het gaat over gewaarzijn. Door onder andere meditatietechnieken kun je leren erbij te blijven zonder jezelf te verliezen in die boosheid. Ga vooral niet je eigen binnenwereld managen en controleren. Wijs jezelf niet af. Perfectie is een illusie, en imperfectie trouwens ook. Een betere houding is: je bent niet alles, maar al wel heel veel.
5. Mensen zijn veelzijdig en veelvoudig
Het vijfde punt is beseffen dat je als mens altijd veranderlijk bent en nooit in één label zal gaan passen. Wanneer je dieper in gesprek gaat met mensen over wie ze zijn, komen er vaak diepliggende onzekerheden en gevoelens van onvolmaaktheid naar boven. Het tegendeel hiervan is narcisme; jezelf in alles geweldig vinden. Als je je zelfbeeld op deze laatste manier ‘vastzet’, ben je per definitie in een waanbeeld beland. Mensen zijn veelzijdig en veelvoudig en soms zijn de goede kanten slecht en de slechte kanten goed. Het gaat er niet om dat je jezelf begrijpt in de zin van ‘Ik heb er over nagedacht, ik zit zo en zo in elkaar’, want dan werk je alleen maar aan een label van jezelf. Het gaat erom verbinding te houden met de veranderlijke kant van jezelf.
Wat is het recept?
Door met jezelf in verbinding te zijn, weet je intuïtief wat je gaat doen. Er is geen vast recept voor zelfbewust leiderschap dat voor iedereen geldt. Natuurlijk zijn je kennis, je rationele vermogen en je vaardigheden van belang. Maar goede vaardigheden alleen, zoals bijvoorbeeld presentatievaardigheden, kunnen ook een valkuil inhouden: als je niet weet van waaruit je spreekt, kun je dingen zeggen die die helemaal niet passen bij wat het moment vraagt.
Godfried IJsseling is auteur van het pas verschenen boek ‘De zelfbewuste leider, naar het hart van persoonlijk leiderschap’.